Begin februari bracht Thésor haar Benchmarkrapportage 2020 uit voor woningcorporaties. Daarin worden de meerjarenprognoses van de corporaties met elkaar vergeleken. Deze toekomstgerichte Benchmark is in 2019 geïntroduceerd. Dit jaar zagen we veel vervolgvragen en ook een behoorlijk aantal nieuwe deelnemers. In deze nieuwsflits geven we u een terugkoppeling van de digitale Benchmark-bijeenkomsten.
Online benchmark-bijeenkomsten
Al voor het opleveren van de Benchmarkrapporten, hebben we aan alle deelnemers van de Thésor Benchmark van dit jaar toegezegd regionale bijeenkomsten te organiseren, waarin zij de uitkomsten met elkaar kunnen delen en van elkaar te kunnen leren.
We konden toen (begin februari) nog niet bevroeden dat er een pandemie zou uitbreken van een virus dat de naam draagt die voorheen was voorbehouden aan een fris Mexicaans biertje. De bijeenkomsten hebben daarom digitaal plaatsgevonden. Voor ons was het best wel spannend, want een dergelijke bijeenkomst digitaal organiseren was voor ons nieuw. Het bleek geen obstakel, want ook tijdens deze digitale bijeenkomsten werden nuttige discussies gevoerd.
Highlights Benchmark-bijeenkomsten
Wij hebben de deelnemers meegenomen in de wereld achter de Benchmark en de belangrijkste bevindingen toegelicht:
- In de Benchmark zijn de Meerjarenbegrotingen van 69 corporaties met gezamenlijk 510.000 verhuureenheden met elkaar vergeleken;
- De belastingdruk (VpB en Verhuurderheffing van corporaties) ligt inmiddels op ruim 2 maandhuren;
- Desondanks stijgt het exploitatieresultaat de komende 5 jaar met 36%;
- De gemiddelde schuld per vhe stijgt minder snel (18%), hierdoor daalt de terugverdientijd.
De grootste impact zit echter in de omvang van de investeringen:
- Corporaties begroten in de komende 5 jaarsperiode (2020-2024) gemiddeld ruim 10% meer aan uitgaven aan woningverbetering, dan in de MJB 2019-2023;
- Aan nieuwbouw wordt zelfs 20% meer uitgegeven dan in de vorige vijfjaarsprognose.
De (politieke) druk op verduurzaming en nieuwbouw wordt dus wel degelijk opgevolgd door het gros van de corporaties. Dat dit de financiële positie aantast, werd duidelijk bij de behandeling van het duurzaam businessmodel.
Duurzaam Businessmodel
Het model om de drie financieringsbronnen (exploitatiekasstroom, verkoopopbrengsten en vreemd vermogen) duurzaam in te zetten is besproken. De conclusie uit de Benchmark is, dat corporaties gemiddeld een (te) groot beroep doen op vreemd vermogen de komende jaren. Dit tast de toekomstige investeringscapaciteit aan.
Er kwam een interessante discussie los bij de bespreking van het duurzaam businessmodel. Hoe ver kan een corporatie met goede financials gaan in het ‘niet-duurzaam’ investeren? Dus, vanaf welk moment móet je wel gaan overschakelen op een duurzamer businessmodel? Het op 1 mei 2020 gepubliceerde Aedes-rapport omtrent de Verhuurderheffing, waaraan ook Thésor meewerkte, biedt hier een aantal handvatten.
Gebruik Benchmark-rapport
De corporaties gaven aan de Benchmark te gebruiken bij het opstellen van de begroting, als informatie voor de RvC en als interne meetlat om budgetten aan te staven. De Benchmark wordt dus goed gewaardeerd. De goede feedback voor het verder ontwikkelen van deze Benchmark helpt ons weer verder. Dat een aantal deelnemers aanbood om mee te denken bij de doorontwikkeling van de Benchmark, is natuurlijk top!
Het is goed om te zien dat we elkaar ook in deze tijden weten te vinden en er op deze wijze mooie kruisverbanden ontstaan.
Vervolg
Volgend jaar komen we terug met een nieuwe, doorontwikkelde Benchmarkrapportage. Mocht u in de tussentijd willen weten hoe uw corporatie presteert ten opzichte van andere, dan is het Benchmarkrapport van dit jaar nog altijd te bestellen via je Thésor-adviseur.
Wilt u meer weten over de Thésor Benchmark, neemt u dan dan contact met ons op.
Ruud Pijpers en Edwin Schut